Column voor 'Tempo' | clubblad van Sportclub Varsseveld | april 2014
Maar waarom ben ik dat dan niet? Hoe is het toch mogelijk dat ik mij langs de lijn of voor de tv zit te verbijten bij de performance van al deze grootse kunstzinnigheid? Ik vroeg het mij af en inmiddels ben ik eruit. Twee woorden die de overeenkomst en het verschil uitdrukken: Verwachting en Verleiding.
Van een acteur verwacht ik als toeschouwer dat hij mij verleidt om mijn emoties aan te spreken waardoor zijn verhaal mij raakt. Als ik in de schouwburg ga zitten heb ik eigenlijk al besloten dat ik voor de gek gehouden wil worden als een speler het toneel opstormt en doet alsof hij bij een duel geraakt is en helse pijnen moet lijden. Ik voel mededogen opkomen als hij speelt dat zijn personage met zwaar inwendig letsel ter aarde stort.
Van een profvoetballer verwacht ik als toeschouwer dat hij mij verleidt om zijn voetbal te bewonderen. Als ik in het stadion ga zitten wil ik niet voor de gek gehouden worden door een speler die doet alsof hij bij een duel geraakt is en helse pijnen moet lijden. Ik voel woede opkomen als hij speelt dat hij met zwaar inwendig letsel ter aarde stort.
Onlangs zag ik Bayern tegen Arsenal. Wat mij aan die pot nog het meest beviel was scheidsrechter Svein Oddvar Moen uit Noorwegen. “Hij laat wel heel veel toe”, vond de commentator kritisch. Dat vond ik ook, alleen ik vond het een verademing.
Er lopen naar mijn smaak teveel scheidsrechters rond die de neiging hebben om zich door het theater te laten verleiden. Dat doen ze maar in hun vrije tijd. Op het veld moeten ze beseffen dat voetbal een contactsport is waarbij een duwtje moet kunnen. Svein Oddvar Moen had dat begrepen, hoezeer enkele acteurs hem ook probeerden te verleiden.