Column De Gelderlander | donderdag 17 december 2015
Volgende week is het Kerstmis. Ik had hier graag willen zwelgen in vrede en welbehagen, maar helaas: er staan grenzen in de weg. Er is teveel ‘Grens’ in de wereld. En de hoeveelheid ‘Grens’ is een maatstaf voor vrede: het is vreedzamer naarmate meer grenzen vervallen en andersom duidt grensversterking juist op conflict en strijd. |
Die ‘grensdrang’ is vooral de behoefte tot scherpere afbakening van mijn en dijn. Grenzen leiden tot een groter onderscheid tussen ons en de anderen. Ze suggereren een muur van veiligheid die het eigene beschermt tegen het vreemde.
Het huidige ‘grensbewustzijn’ manifesteert zich in al zijn treurigheid zelfs aan de oevers van de Oude IJssel. In een overdreven grensbehoefte tussen Liemers en Achterhoek. Ik wil het geen grensconflict noemen, al heeft het er in zijn verbetenheid wel iets van weg. Jammer, want het zijn allerminst harmonieuze tonen die dan de muziek bepalen. Laten we het maar als folkloristische animositeit bekijken. Zoals Lichtenvoorde en Groenlo die elkaars nabijheid tolereren in een permanente staat van opwinding over de ander.
Erger is het dat Nederlandse parlementariërs in volle ernst spreken over het sluiten van de Nederlandse grenzen. Zij toveren een goedgelovig deel van de natie het waas voor ogen dat daarmee de veiligheid kan worden gewaarborgd tegen al wat vies, voos en vreemd is. Dit bedrog richt onverantwoord hoge grenzen op, tussen Nederlanders onderling, die vrede en welbehagen dit jaar helaas tamelijk ver weg jagen.