Column De Gelderlander | donderdag 15 december 2016
Afgelopen zaterdag reed ik met een kastje voor mijn dochters studentenkamer naar Enschede. Aansluitend was ik bij de ingebruikname van een serie gedichten op het Willem Wilminkplein. De laatste jaren ben ik dankzij studerende dochters vaker in Enschede en ik moet zeggen dat het leven er prettig bruist. |
Terug op de N18, het nog immer ondermaatse verkeerslijntje tussen Twente en de Achterhoek, filosofeer ik nog wat door. Hier, tijdens de achtenveertig kilometers die de rit naar Varsseveld telt, zie je landschappelijk veel minder verandering dan op dezelfde afstand naar Arnhem. Dat duidt op een historische ontwikkeling die ook cultuureel en demografisch heel ‘familiair’ is.
Varsseveld ligt op de route van Enschede naar Arnhem door de Achterhoek precies in het midden, maar de autorit naar Arnhem is zeker twintig minuten sneller! De verbeterde N18 zal dus ook de Achterhoeks-Twentse contacten verbeteren. Het idee van gedeputeerde Schouten om doortrekking van de A18 als volwaardige snelweg tot Groenlo te onderzoeken kwam, na jaren van aanmodderen met deze weg, dan ook eerder te laat dan te vroeg.
Voor de hand ligt dat tussen de A18 bij Varsseveld en de A35/A1 bij Enschede/Hengelo een fraaie vierbaansverbinding wordt gecreëerd. Maar dat zit bij de verre familie in Den Haag nog steeds niet tussen de oren