Column De Gelderlander | donderdag 9 maart 2017
wier ogen een politicus, als lid van de elite, per definitie niets goed kan doen wordt allengs onbestuurbaar groot. Toch vond ik die actie opmerkelijk. Om niet te zeggen, eigenlijk gewoon
heel goed. Asscher nam er namelijk ook zonder camerawoud de tijd voor. Normaal bliksembezoekt een lijsttrekker tien minuten, propt voor het cameraoog een zalmsalade naar binnen en vertrekt weer. Zou het platteland in deze campagne dan toch wat aandacht krijgen, dacht ik.
Problemen zijn de inkopkansen voor lijsttrekkers, mits de oplossingen in een paar goed ingestudeerde one-liners worden uitgestrooid. Problemen lijken meer gerelateerd aan verstedelijkt - dan aan buitengebied. Of ze worden daar meer hoorbaar. Dat verklaart dat
Haagse politici de samenleving enigszins vanuit een ingebouwd (rand)stedelijk perspectief bekijken. Iets als ‘krimpproblematiek’, onder andere in de Achterhoek, is dan een stipje aan
de horizon van het politieke landschap.
Problemen zijn op het platteland niet zo dik gezaaid. Of wij maken er hier niet zo’n probleem van: ‘t geet wel aover. Nou ... op die aardbevingen na dan en daarom verbaasde mij het nogal dat Mark Rutte, de baas van Lodewijk, zich bij Pauw & Jinek zo liet overrompelen door de Groningse woede. Of ziet hij die bevingen nog steeds niet echt als probleem?